Afgelopen weekend was het eindelijk
zover: we mochten naar de ISAC. Voor degenen die dat niet weten, dat is de
internationale sheltiewedstrijd, oftewel het wereldkampioenschap van de
shelties. Deze keer in ons eigen land, in Laag-Soeren. Voor ons is dat bijna
anderhalf uur rijden. Te lang om iedere dag op en neer te rijden, dus hadden de
baasjes daar in de buurt een huisje voor ons gehuurd. Die locatie heette Soeren
Lounge en lag op een afstand van zo’n drie minuten rijden naar de manege. De
baasjes hadden een groot huis gehuurd, we zijn tenslotte een groot gezin, dus
een beetje ruimte kan geen kwaad. Dat viel echter nogal tegen. De zitkamer
stond helemaal vol. Er was een kitchenette, daarvoor stond een tafel met vier
stoelen en iets verderop stond een grote bank. De loopruimte was net voldoende
voor één baasje. Als één van de baasjes zich dus wilde verplaatsen moest het
andere baasje even gaan zitten. Nou, en dat was dus het grote huis. Voor de
rest was het prima, maar ja, wel een beetje aan de krappe kant voor ons zessen.
Het vrouwtje had Ayda voor een
seminar ingeschreven bij zo’n topper in de agility in de hoop dat ze daarvan
iets zou opsteken. Dat seminar was al op de donderdagochtend. Toen we bij de
manege arriveerden was al een eerdere groep volop aan de gang met het seminar.
Zo te zien waren dat erg moeilijke rondjes, maar dat waren ook allemaal derde
graad hondjes in die groep. Straks als Ayda aan de beurt was zou het
ongetwijfeld makkelijker worden, dacht het vrouwtje. Maar nee hoor, precies
dezelfde rondjes. Romy, Tosha en ik gingen met de baas in de kantine zitten
kijken. Ik dacht jeetje, dat wordt drie keer niks met Ayda. Die kan niet eens
fatsoenlijk een eerste graad rondje lopen. Tot onze verbazing ging dat echter
niet eens zo slecht. Eigenlijk ging het beter dan de eerste graad.
Vrouwtje had zich - net als
gebruikelijk - erg warm gekleed. Hemdje, dikke trui, body warmer, vest en een
dikke jas. De jas ging al meteen uit vóór het eerste rondje, want met jas aan
kan ze niet lopen. Vóórdat ze aan het tweede rondje moest beginnen deed ze de
vest uit. Bij het volgende rondje was de body warmer aan de beurt. Ik begon
toch langzamerhand een beetje ongerust te worden. Ze zou toch niet ook nog de
trui uitdoen? Ik zag al voor me hoe mijn vrouwtje door de zedenpolitie in
handboeien meegenomen zou worden. Dat wil ik toch niet graag meemaken. Gelukkig
moesten ze nog maar een klein rondje doen en dat kon blijkbaar met de trui aan.
Grote opluchting.
‘s Avonds begonnen de baasjes honger
te krijgen. Aangezien ze geen ingrediënten hadden om iets te koken moest er
iets te eten worden gehaald. Er werd op internet gezocht en snel was een
pizzeria in de buurt gevonden. Dus allemaal de auto in en op naar de pizzeria.
In de omgeving van Laag-Soeren is veel bos, want dat ligt immers op de Veluwe.
Overal bomen dus, maar geen pizzeria. Op een gegeven moment kwamen we bij een
vakantiepark. Volgens onze TomTom moest daar de pizzeria zijn. Die hadden ze
echter zo goed verstopt dat wij die niet konden vinden. Weer een adres van een
andere pizzeria gezocht, die wel makkelijk te vinden was. Nu nog terug. Tja,
klinkt makkelijk, maar dat was moeilijker dan we dachten. Het was inmiddels
pikkedonker en ook ons huisje lag nogal verstopt in de bossen. Toen we
eindelijk arriveerden was de pizza al voor de helft koud. Arme baasjes.
Vrijdag begon de ISAC – net als
altijd – met een teamwedstrijd. Die was deze keer echter slechts in afgeslankte
vorm zonder estafette. Over het algemeen worden er twee rondjes voor het team
gelopen: een vast parcours en een jumping. Die uitslagen worden bij elkaar
opgeteld en vervolgens mogen de beste zoveel teams een estafette lopen. Het
team dat de estafette wint, heeft de teamwedstrijd gewonnen. Vrouwtje was bang
dat het vrijdag erg laat zou worden, want er waren immers bijna zeshonderd combinaties.
Doordat de estafette kwam te vervallen viel dat echter allemaal reuze mee.
Vorig jaar in Denemarken was het niveau van de teamparcoursen iets tussen
eerste en tweede graad. Alle graden moeten immers hetzelfde parcours lopen en
je kan van een jonkie als Ayda niet verwachten dat zij even een derde graad
parcours loopt. Dit jaar viel dat echter ontzettend tegen. Zowel het vast
parcours als de jumping waren allebei erg ingewikkeld. Op het vast hadden we
allemaal een diskwalificatie. De jumping ging iets beter. Tot onze verbazing
heeft Tosha het het beste gedaan van ons allemaal: 44e plaats. Romy
was 46e en ik 70e. Ayda diskwalificatie.
Zaterdag moesten de individuele
rondjes worden gelopen. Hier mocht iedereen weer in zijn eigen graad lopen, dus
Tosha en Ayda in de eerste, ik in de tweede en Romy in de derde. Tosha deed het
erg goed, zij behaalde zelfs een 15e plaats. Oké, zaten wat fouten
en weigeringen bij, maar desalniettemin vind ik dat superknap. Ayda helaas weer
een diskwalificatie. De rest van ons deed het helaas niet zo goed, allemaal
diskwalificatie. Die van mij was geheel aan het vrouwtje te danken. We liepen
geweldig, tot het vrouwtje halverwege op het idee kwam om een volstrekt
onnodige wissel te maken bij een sprong. Ik dacht door de wissel dat ik de
kattenloop op moest, maar dat was helaas een verkeerde inschatting. Echt zo
balen. Waarom doet ze zulke gekke dingen?
De jumping ging gelukkig super bij
mij: 21e plaats. Ook Ayda ging als een speer: 18e plaats.
Helaas niet geheel foutloos, maar ik vond het wel een knappe prestatie voor
zo’n jong ding. Romy en Tosha diskwalificatie. Helaas was mijn plaats bij de
jumping te weinig om mij te plaatsen voor de grote finale wat ik wel erg jammer
vond. Maar ja, het is niet anders.
De volgende ochtend moesten we dus
weer heel vroeg op om de bonusfinale te lopen. Mijn drie zussen bakten er
helemaal niets van, alle drie diskwalificatie. Ik eindigde op een 4e
plaats, dus net naast het podium. Tja, dat was het dan.
Heel eerlijk gezegd vond ik de ISAC
dit jaar toch wat tegenvallen. In Denemarken was er van het begin af aan een
bepaalde sfeer. Er werd een uitgebreide openingsceremonie gehouden, de vlag van
de ISAC werd gehesen, de handlers uit de verschillende landen zaten gezellig
bij elkaar, kortom het was echt gezellig. Dat had je nu geen van allen. In
Laag-Soeren is de akoestiek ontzettend slecht. Er werd wel iets gezegd, maar
dat was niet te verstaan. Ook was er eigenlijk niets aan de sfeer gedaan. Je
had dus het gevoel op een heel gewone wedstrijd te zitten. In Denemarken had je
een grote tribune, waar alle teams gezellig bij elkaar konden zitten. Alle
wedstrijden werden ook in één hal gelopen. Nu waren er geen tribunes, want
daarvoor is er in Laag-Soeren geen ruimte. Ook was de wedstrijd verdeeld over
twee hallen. In de grote hal werden de vaste parcoursen gelopen en in de kleine
hal de jumpings. De baasjes hadden zelf stoelen meegebracht en gingen met ons
in de grote hal zitten, maar daar zaten slechts weinig mensen. Vooral Fransen
en Italianen. En over de eerste groep was het vrouwtje al heel snel niet meer
te spreken. Zo’n groepje Fransen zat naast ons. In het begin was dat nog een
bescheiden groepje, maar naarmate de dag vorderde sloten er steeds meer Fransen
bij dat groepje aan. Je wilt niet weten hoe die allemaal kunnen schreeuwen. Je
kon je eigen woord niet meer verstaan. Ze namen ook steeds meer ruimte in. Op
een gegeven moment zat zo’n Fransman ineens op de schoot van het vrouwtje. Toen
had ze het toch een beetje gehad. De volgende dag gingen we toch meer in de
hoek zitten, waar we iets rustiger zaten.
Tja, en dan nog de rondjes. Vorig
jaar waren de rondjes ook niet makkelijk, maar ze waren wel te doen. Ik vond de
moeilijkheidsgraad van de teamrondjes al erg bijzonder. Dat waren gewoon
moeilijke derde graad rondjes. Teams met eerste graad hondjes waren al bij
voorbaat kansloos, want de meeste eerste graad hondjes konden dat niet lopen.
De individuele rondjes van mij en de kleintjes vielen gelukkig mee, maar ik ben
echt blij dat ik niet de rondjes van Romy moest lopen. Die waren amper te doen.
Voor mij was het helaas de laatste ISAC. Volgend jaar word ik al elf en
vrouwtje zegt dat het langzamerhand tijd is om iets te minderen. Volgend jaar
is de ISAC bovendien in Kungsvinger in Noorwegen. Dat is gigantisch ver weg,
dus ik denk niet dat we daar naartoe gaan.